Advies woningnood van TU Delft: ‘Stop met massaal bijbouwen!’
“Als we nu snel en veel betaalbare woningen bijbouwen, zeggen we misschien over tien jaar: ‘oh, dat hebben we eigenlijk niet goed gedaan’”, aldus TU-onderzoeker Ulf Hackauf. De TU Delft presenteerde onlangs haar advies voor de aanpak van de woningnood. In het rapport getiteld ‘Ruimte voor wonen’ bundelen experts hun kennis, en worden er verschillende maatregelen geadviseerd.
Dat er meer betaalbare woningen nodig zijn om de woningnood tegen te gaan, is al langer bekend. Hackauf zegt in een radio-interview met Omroep Delft dat hierover wel goed moet worden nagedacht. Ook moet er goed onderzoek komen voordat men gaat bouwen. En er kan veel misgaan als we lukraak gaan bouwen. De onderzoeker schetst een aantal scenario’s: “de woningen staan misschien op de verkeerde plek, bijvoorbeeld op plekken met veel overstromingsgevaar. Woningen zijn misschien zo aangelegd dat het ontzettend warm en ongezond wordt, aan het type gebouwde woning is misschien helemaal geen behoefte of er is bijvoorbeeld een kans gemist om van duurzaam materiaal gebruik te maken.”
Behoeftes
De plaats en de bouwwijze zijn punten waar men gauw aan denkt bij het verwezenlijken van nieuwe woningen. Dit neemt echter niet weg dat er ook voorkomen moet worden dat er een ‘mismatch’ ontstaat. Daarmee wordt bedoeld dat er getoetst zou moeten worden wat voor woningen, waar nodig zijn. “Niet overal is een woning voor een gezin met anderhalf kind (gemiddeld huishouden, red.) nodig. Sterker nog, er zijn veel meer mensen met totaal andere behoeftes”, aldus Hackauf.
Een directe uitwerking hiervan komt als er ruimte komt voor eigen ideeën. “Zelfbouwprojecten zouden gestimuleerd moeten worden”, aldus Hackauf. “Mensen moeten de keuze zelf maken wat ze bouwen, van welk materiaal en hoe ruim. Daarnaast kan er gekeken worden naar waar groepen mensen behoefte aan hebben. Misschien willen mensen een kleinere eigen woonkamer, in een gebouw met een grote gezamenlijke ruimte.”
Hackauf geeft aan dat het onderzoek adviezen geeft die niet overal zullen werken. Er is volgens de onderzoekers dan ook geen eenduidige oplossing: “Het is niet alsof we tot een soort todo-list gekomen zijn van ‘doe dit en doe dit.’ En we willen ook niet inzetten op één middel. (…) We geloven dat er veel diversiteit moet zijn. Maar we zagen kansen binnen de verschillende adviezen waarbij we ruimte kunnen creëren voor allerlei oplossingen.”
Luister hier naar het volledige interview.
