Bouwblunders zorgen voor langdurige grondwaterproblemen snelweg A4 Delft - Schiedam
Om de nieuwe verdiepte snelwegdeel A4 tussen Delft en Schiedam droog te houden, pompte Rijkswaterstaat elke dag 1,5 miljoen liter grondwater terug de grond in. De nieuwe snelweg is het duurste stuk weg van Nederland geworden. Een historische blunder en een verkeerde bouwmethode zorgen er voor dat Rijkswaterstaat de komende decennia grote grondwaterproblemen heeft rondom de snelweg. Vandaag deel 3 van de vierdelige reconstructie ‘Pompen of verzuipen’ van onderzoeksjournalist Bas Vermond.
Er wordt in de jaren ’50 voor het eerst over gesproken. Een nieuw stuk snelweg tussen Delft en Schiedam. Begin jaren ’60 start Rijkswaterstaat met het afgraven van het gebied. Er worden 25.000 gaten in de klei- en veengrond gegraven. Om de drie meter boort Rijkswaterstaat een gat van 12 meter diep en stort dit vol met waterdoorlatend zand. De bedoeling is om oppervlaktewater van regenbuien en uit de polders via de zandpalen diep in de grond af te voeren. Dit om overtollig water op de aanstaande snelweg te voorkomen. Om het geheel af te dekken wordt een dik pak zand gestort.
Door tegenstand uit de omgeving van de nieuwe snelweg wordt de bouw echter in de jaren ’70 stopgezet en worden de plannen in de koelkast gezet. De zandpalen blijven in de grond zitten, de enorme zandplaat daarboven op ook, al raakt het al snel weer begroeid. De voorbereidingen voor de snelweg worden gearchiveerd en vergeten.
Ruim 40 jaar later (in 2010) worden de gemeente Delft, de Provincie Zuid-Holland en het Hoogheemraadschap van Delfland door Rijkswaterstaat geïnformeerd over het voornemen om de nieuwe A4 alsnog aan te gaan leggen. Waarbij nieuw is dat een gedeelte van de weg verdiept in de grond komt te liggen.
De drie overheden hebben dan net de grondwaterpompen van DSM overgenomen en hebben diverse rapporten laten maken om de gevolgen van stoppen met oppompen van grondwater in kaart te brengen. Ook de invloed van het grondwater op de aanleg van de nieuwe A4 wordt in deze rapporten genoemd.
Lees in deel één en twee van deze serie van onderzoeksjournalist Bas Vermond waarom DSM wilde stoppen met de grondwaterpompen en waarom dat zulke verstrekkende gevolgen heeft voor de omgeving.
Gemeente Delft waarschuwde voor bouwmethode
Uit vertrouwelijke documenten blijkt de gemeente Delft in april 2010 het toenmalige ministerie van Verkeer & Waterstaat en Rijkswaterstaat te waarschuwen voor de bouwmethode. Rijkswaterstaat is van plan om het verdiepte gedeelte van de snelweg waterdicht te maken door speciaal folie te gebruiken. De gemeente Delft ziet risico’s voor dit plan en waarschuwt voor de gevolgen van het gebruik van folie. Het waarschuwt ook dat hier waarschijnlijk geen toestemming in de vorm van een vergunning van het Hoogheemraadschap voor kan worden gegeven.
Volgens de gemeente Delft is het folie ‘een relatief goedkope bouwmethode, maar kent dit ook grote risico’s.’ Ze waarschuwen dat de druk onder de grond de komende jaren zal blijven toenemen, mede doordat de grondwaterpompen van DSM gefaseerd dicht zullen gaan. Grondwater kan hierdoor sneller en hoger stijgen dan Rijkswaterstaat berekend heeft. Het folie onder de weg zou hier niet bestand tegen kunnen zijn en de kans bestaat dat het water door het folie heen komt.
Rijkswaterstaat wil daarnaast op de locatie van de geplande snelweg grondwater wegpompen om de snelweg aan te leggen. Maar het lozen van dit grondwater in de omliggende polders vindt de gemeente geen goed plan. De kans bestaat dat door het gewicht van het water de omliggende polders gaan verzakken en de gemeente vreest bodemdaling. Ze vragen Rijkswaterstaat dit in heroverweging te nemen en te komen tot ‘een robuuste en meer duurzamere oplossing’. Rijkswaterstaat voert op dat moment het grondwater uit Delft via een buizenstelsel af naar zee, het moet dus op de hoogte zijn van het grondwaterdossier in Delft.
Hoofdrolspelers:
- Biotechbedrijf DSM: De fabriek pompt voor eigen gebruik bijna 100 jaar lang met 40 pompen jaarlijks meer dan 10 miljard liter grondwater onder Delft op.
- Rijkswaterstaat: Rijkswaterstaat valt onder het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en is verantwoordelijk voor de rijkswegen en rijkswaterwegen.
- Gemeente Delft: Verantwoordelijk voor het grondwaterbeheer in de stad Delft.
- Hoogheemraadschap van Delfland: Verantwoordelijk voor beheer en onderhoud van duinen, dijken en kades, vaarten en sloten in de regio Delfland (van Wassenaar tot Rotterdam).
- Provincie Zuid-Holland: Gaf DSM een vergunning voor het oppompen van grondwater en hield hier toezicht op.
Onderzoeksrapporten geheim verklaard
Een jaar later, in oktober 2011, ondertekenen een aantal bouwbedrijven een contract met Rijkswaterstaat voor de aanleg van het 7 kilometer lange stuk snelweg. Het negatieve advies over de bouwmethode lijkt in de la terecht gekomen. De halfverdiepte en verdiepte wegdelen zullen worden aangelegd zonder waterdichte vloer. De aanwezige bodemlagen met klei worden door Rijkswaterstaat voldoende waterdicht geacht. Het Hoogheemraadschap geeft in 2014 een vergunning aan Rijkswaterstaat om grondwater op locatie op te pompen. In deze vergunning is volgens het Hoogheemraadschap rekening gehouden met de toename van de grondwaterdruk door vermindering van de grondwateronttrekking van DSM.
De gemeente Delft, de Provincie en het Hoogheemraadschap van Delfland laten ondertussen vastleggen niet te zullen opdraaien voor toekomstige schadeclaims van Rijkswaterstaat, in het geval dat het toch misgaat door het grondwater. De drie overheden hebben dan net een kostbare deal moeten maken met ProRail rondom de aanleg van de treintunnel onder Delft.
Rijkswaterstaat laat in 2011, na het gunnen van de opdracht aan de bouwbedrijven, diverse onderzoeken opstellen. Alle rapporten worden tot 2021 als vertrouwelijk bestempeld en mogen tot die tijd niet geopenbaard worden. De conclusies van de onderzoeksbureaus zijn divers te noemen. Waar het ene onderzoeksbureau waarschuwt voor de geplande bouwmethode met folie als ondergrond van de weg, nuanceert het andere bureau deze risico’s weer. Volgens wiskundige modellen zou de nieuwe weg geen last moeten gaan krijgen van grondwater of het uitschakelen van de pompen van DSM.
Forse fout
Wanneer de bouwbedrijven jaren later -in 2014- starten met de aanleg van de snelweg gaat het mis. De wiskundige modellen van de onderzoeksbureaus van jaren eerder, blijken niet te kloppen. Er komt veel meer water uit de grond omhoog dan was berekend en tot overmaat van ramp komt een groot deel van het water door het folie heen. Precies waar de gemeente Delft al voor had gewaarschuwd. De wanden van het verdiepte deel snelweg kunnen de druk van het water niet aan en worden poreus. Het stuk snelweg komt onder water te staan, de pompen die het grondwater moeten wegpompen kunnen deze hoeveelheden niet aan.
Er blijkt een forse fout te zijn gemaakt. Rijkswaterstaat heeft met de gekozen bouwmethode geen rekening gehouden met de 25.000 gaten gevuld met zand in de grond. De gaten zijn 50 jaar eerder door hetzelfde Rijkswaterstaat op de geplande snelweglocatie geboord. Via duizenden gaten komt er vanaf grote diepte een enorme hoeveelheid grondwater omhoog. Via sommige gaten komt er elke dag bijna 1.000 liter grondwater omhoog. De pompen van DSM draaien op dat moment nog op volle toeren door de aanleg van de treintunnel in Delft.
1,5 miljoen liter grondwater per dag
Rijkswaterstaat heeft van het Hoogheemraadschap Delfland voor het droog houden van de snelweg een vergunning gekregen voor het wegpompen van 400.000 liter grondwater per dag. Maar door de rekenfouten en de gaten met zand moet er nu maar liefst 1,5 miljoen liter water worden weggepompt, elke dag. Op jaarbasis gaat het om 547 miljoen liter grondwater dat weggepompt moet worden. Rijkswaterstaat en de bouwbedrijven zetten alles op alles om het verdiepte stuk snelweg droog te pompen.
Maandenlang pompen de bouwbedrijven miljoenen liters grondwater weg uit het gebied tussen Delft en Schiedam. Vanwege de waterkwaliteit mag het opgepompte grondwater van het Hoogheemraadschap niet op de polder worden geloosd. Voor de afvoer van het grondwater wordt daarom een buisleiding aangelegd naar de Nieuwe Waterweg. Het kost Rijkswaterstaat dan al 1 miljoen euro aan leges (vergoeding) om het grondwater weg te mogen pompen van het Hoogheemraadschap.
Ondanks dat de problemen met het grondwater niet zijn opgelost, wordt half december 2015 de nieuwe snelweg dan toch geopend. Met het verdiepte weggedeelte waar de pompen nog steeds op volle toeren moeten draaien om de weg droog te houden. Terwijl de eerste auto’s al over de snelweg rijden, komt Rijkswaterstaat met een nieuwe oplossing: retourbemaling.
Het water zal rond de snelweg worden weggepompt en met tientallen speciale retourpompen weer 30 meter diep de grond in worden gebracht. Er ontstaat zo een cyclus van water. Het water zal omhoog blijven komen en weer terug worden gepompt naar waar het vandaan kwam. In de nieuwe oplossing van Rijkswaterstaat blijft echter onbenoemd of de hoeveelheid water onder de snelweg groter zal worden wanneer de DSM-pompen de komende jaren uitgaan.
Einde nog lang niet in zicht
Het nieuwe stuk A4 is nu inmiddels zeven jaar open voor verkeer. De zeven kilometer lange weg is het duurste stuk snelweg van Nederland geworden, de weg heeft een prijskaartje van 900 miljoen euro. Mede veroorzaakt door de vele aanpassingen die Rijkswaterstaat en de bouwbedrijven moesten doen door de gekozen bouwmethode van het folie in combinatie met het stijgende grondwater. Anno 2023 wordt er nog steeds -zelfs na diverse genomen maatregelen- dagelijks 600.000 liter omhooggekomen grondwater terug de grond in gepompt.
Enkele kilometers verderop is de gemeente Delft inmiddels begonnen met het dichtdraaien van de eerste van veertig grondwaterpompen. Diverse ingewijden voorspellen dat de waterellende voor de snelweg hierdoor in iedere geval nog lang niet voorbij is. De eindstand in geld zal voor het duurste stukje snelweg van Nederland hierdoor ook voorlopig niet in zicht komen.
Veel infrastructuurprojecten in de regio Delft hebben aan den lijve mogen ondervinden wat grondwater met de bouwwerkzaamheden kan doen. Moeten inwoners van Delft ook nog steeds vrezen voor stijgend grondwater, verzakkingen van huizen en gepeperde gemeentelijke belastingen? In hoeverre heeft de gemeente Delft het dossier rondom de grondwaterpompen van DSM onder controle en hoeveel ongebruikt grondwater wordt er nog steeds in zee geloosd? In het volgende en tevens laatste deel van de onderzoeksreeks ‘Pompen of verzuipen’ van onderzoeksjournalist Bas Vermond onderzoeken we of Delftenaren de komende jaren droge voeten houden.
Deel 4: Inwoners versus het water
Deze onderzoeksreeks is mede mogelijk gemaakt door het Mediafonds Delft.
VERANTWOORDING
Via de Wet open overheid (Woo) vroeg onderzoeksjournalist Bas Vermond bij verschillende overheden documentatie op rondom de grondwaterpompen van DSM. Op basis van de documenten en gesprekken met ingewijden is deze serie tot stand gekomen.