Delftenaren hoeven niet per zak te betalen voor het restafval

Idee achter het RAT, ook bekend als recycle-tarief of gedifferentieerd tarief, is dat mensen die meer restafval inleveren ook meer betalen voor het scheiden en verwerken van hun restafval. Een van de effecten die dit moet hebben is dat mensen hun afval zelf beter scheiden. Dit zou, zo is het idee, niet alleen voor het milieu beter zijn, maar ook kostenbesparingen opleveren. 

Politiek ligt het RAT echter gevoelig. Toen B&W vorig jaar juni bekendmaakte te gaan onderzoeken of zo’n tarief er zou komen, reageerden met name de oppositiepartijen afkeurend. 

Zo wees CDA’er Gerrit Jan Valk er toentertijd op dat de gemeenteraad in eerdere jaren akkoord was gegaan met verhoging van de afvalstoffenheffingen, juist om te voorkomen dat dit soort extra tarieven ingevoerd zouden worden. Ook was er de angst dat invoering van dit soort tarieven zou leiden tot meer vervuiling; want wat houdt iemand die niet kan of wil betalen voor het inleveren van restafval tegen om het dan maar op straat te gooien?

Antwoord van wethouder Frank van Vliet (GroenLinks, Afval) op die zorgen was dat het geld dat betaald moet worden voor afvalverwerking toch ergens vandaan moet komen. Maar anno 2025 is het RAT dus niet langer nodig, want de conclusie van B&W is nu dat er nóg geen recycle-tarief komt. En in de stukken staat dat de nieuwe afvalplannen ‘minimale financiële consequenties’ hebben.

Geen RAT dus, maar het stadsbestuur komt wel met andere ideeën. Zo wil B&W eventueel elektrische sloten plaatsen op containers voor rest- en groenafval, om illegaal aangeboden afval te voorkomen. Daarnaast denkt B&W erover om mensen zonder eigen containers niet meer te verplichten hun afval te scheiden. Verzamelcontainers die nu voor PMD-afval zijn, worden dan voor restafval.