Waterspeeltuinen Tanthof en BuytenDelft hebben half miljoen nodig voor renovatie
Door op 1 januari ingegane wetgeving moeten de waterspeeltuinen, die onderdeel zijn van kinderboerderijen Tanthof en BuytenDelft, aangepast worden. Zonder deze aanpassingen “kunnen de waterspeeltuinen dit jaar niet open.” Dat staat in een voorstel voor een begrotingswijziging van de gemeente. Om de renovaties te bekostigen moet de gemeente een bijdrage doen van 562.829 euro doen.
“40.000 bezoekers per jaar gaan naar de locatie Tanthof en ongeveer 100.000 naar de locatie BuytenDelft.” Dat schrijft het college van burgemeester en wethouders. Toch lukt het niet ‘een sluitende exploitatie te realiseren’. Anders gezegd: het onderhoud kost meer dan dat er geld binnenkomt. Zonder renovatie van de waterspeeltuinen mogen ze niet meer open. En als de waterspeeltuinen niet open gaan, dan trekken de kinderboerderijen minder bezoekers, waardoor het kostenplaatje nog moeilijker wordt. Het college van B&W noemt de kinderboerderijen: “een belangrijke laagdrempelige maatschappelijke voorziening voor het in contact brengen van Delftenaren met boerderijdieren en de natuur.” Daarom willen zij hun bijdrage doen aan het behoud van deze boerderijen.
‘Eerste uitje voor jonge kinderen’
‘Vaak is een van deze kinderboerderijen het eerste uitje voor jonge kinderen’, schrijft de gemeente. Om dit ook zo te laten zijn voor volgende generaties Delftenaren zijn er echter keiharde knaken nodig. De kinderboerderijen hebben zelf al hard gewerkt om verschillende fondsen aan te spreken. Kinderboerderij Tanthof, die een grotere verbouwing tegemoet ziet, heeft al 600.000 euro bij elkaar gesprokkeld, en is begonnen met renoveren. Ook Stadsboerderij BuytenDelft heeft niet stilgezeten, zij hebben een bedrag van 175.000 euro op zak. De gemeente heeft ondertussen 72.310 euro bijgedragen aan ‘planvoorbereidingskosten’.
Daarmee zijn de kosten echter nog niet gedekt. Bij elkaar hebben de kinderboerderijen nog 490.519 euro nodig. Daarom stelt het college voor om de begroting zo te wijzigen dat er geld komt om dit mogelijk te maken. Dinsdag 19 maart bespreekt de gemeenteraadscommissie ‘Ruimte en Verkeer’ dit voorstel.
Structurele bijdrage
"Om beide kinderboerderijen te behouden is naast de eenmalige bijdrage ten behoeve van de aanpassingen van de waterspeeltuinen ook een structurele bijdrage in de exploitatie nodig. Dit komt neer op 95.000 euro per locatie, dus 190.00 euro in totaal." Zo schrijft de gemeente. Dit is een hoop geld, maar: "Indien de waterspeeltuin niet aangepast wordt, ligt de benodigde structurele bijdrage hoger."
